Zout
Vanavond zag ik op het Journaal dat het strooizout in Nederland bijna op is. Reden voor Rijkswaterstaat en gemeenten om alleen nog maar de doorgaande wegen te strooien. Op andere wegen is het dus glibberen en glijden geblazen!
Jezus roept Zijn volgelingen op om zout te zijn in deze wereld. Wat voor functies heeft zout eigenlijk? Aan de ene kant een conserveringsmiddel: het kan eten behoeden voor bederf. Aan de andere kant een smaakfunctie. Soms gooi ik nog wat extra zout over het eten om het wat extra smaak te geven. En dan is er nog een functie die vandaag dus in het nieuws was: behoeden voor glibberen en glijden. In combinatie met het erover heen rijden van warme autobanden.
Bij die laatste functie wil ik nog even stilstaan. De binnenwegen kunnen tijdelijk niet gestrooid worden. Met alle gevaren en risico's vandien. Waar begeven wij ons als christenen eigenlijk met onze zoutfunctie? Op de hoofdwegen, daar waar de grote massa langskomt? Of begeven we ons ook op de binnenwegen, daar waar een minderheid van de mensen komt. Ik moet denken aan mensen die zich aan de onderkant van de maatschappij bevinden: zwervers, verslaafden, prostituees. Kunnen wij ook zout voor hen zijn? Om te voorkomen dat ze glibberen en glijden? En hen een helpende hand bieden om staande te blijven?
Misschien een ideaalbeeld. Maar ik moest er wel aan denken. Wellicht dat God jou en mij kan gebruiken om zout te zijn: op hoofd- of binnenwegen.
Jezus roept Zijn volgelingen op om zout te zijn in deze wereld. Wat voor functies heeft zout eigenlijk? Aan de ene kant een conserveringsmiddel: het kan eten behoeden voor bederf. Aan de andere kant een smaakfunctie. Soms gooi ik nog wat extra zout over het eten om het wat extra smaak te geven. En dan is er nog een functie die vandaag dus in het nieuws was: behoeden voor glibberen en glijden. In combinatie met het erover heen rijden van warme autobanden.
Bij die laatste functie wil ik nog even stilstaan. De binnenwegen kunnen tijdelijk niet gestrooid worden. Met alle gevaren en risico's vandien. Waar begeven wij ons als christenen eigenlijk met onze zoutfunctie? Op de hoofdwegen, daar waar de grote massa langskomt? Of begeven we ons ook op de binnenwegen, daar waar een minderheid van de mensen komt. Ik moet denken aan mensen die zich aan de onderkant van de maatschappij bevinden: zwervers, verslaafden, prostituees. Kunnen wij ook zout voor hen zijn? Om te voorkomen dat ze glibberen en glijden? En hen een helpende hand bieden om staande te blijven?
Misschien een ideaalbeeld. Maar ik moest er wel aan denken. Wellicht dat God jou en mij kan gebruiken om zout te zijn: op hoofd- of binnenwegen.
Reacties
Een reactie posten