Over Godsbeelden - deel 3 -

De vroege Middeleeuwen

In de Middeleeuwen werd het werk van Aristoteles (het Griekse denken) opnieuw ontdekt. Dit had ook gevolgen voor de kerk. De christen Thomas van Aquino probeerde tegenover het denken van Aristoteles het bestaan van God te bewijzen. Dit leidde tot de oorzaak-gevolg theorie: overal moet een oorzaak voor te vinden zijn, dus ook voor de schepping en ons leven. Die oorzaak geeft men de naam 'God'. Kenmerkende gedachtetrend hierbij:Wat we met behulp van ons verstand over God kunnen weten gaat meer en meer de basis vormen boven de waarheden die we slechts op gezag van de bijzondere openbaring in de Bijbel kunnen aannemen. Datgene wat we zelf over God weten, komt eerst. De manier waarop God en Zijn genade ons in de Bijbel worden geopenbaard, sluit aan bij wat we vanuit onszelf over God wisten.

In de 17e eeuw kwam er fel verzet tegen bovengenoemde denkwijze. Maarten Luther had bezwaar tegen het menselijk redeneren die een plek had binnen de theologie. Hij wees op Gods genade: God Zelf wendt Zich tot ons met de levende stem van het evangelie. Buiten dat evangelie blijft God verborgen en is er de voortdurende dreiging van Zijn toorn. In het evangelie straalt Zijn genade ons tegemoet.

Deze twee verschillende zienswijzen gelden misschien vandaag de dag ook nog wel. Na Luther hebben beide zienswijzen vaak tegenover elkaar gestaan: aan de ene kant het bestaan van God beredeneren en aan de andere kant het wijzen op Gods genade: Zijn bestaan is niet te beredeneren of te bewijzen, maar slechts door de werking van de Heilige Geest tastbaar in de harten van mensen. Waar kies jij voor? God begrijpen of te proberen te vatten met je verstand of je hart openstellen voor Zijn evangelie?

Reacties

Populaire posts