De deur
En Jezus ging verder: 'Waarachtig, Ik verzeker u: Ik ben de deur voor de schapen' (Johannes 10:7).
Afgelopen maandag mocht ik weer een dagje meehelpen in inloophuis 'De Tweede Mijl' in Amsterdam. De Tweede Mijl is driemaal per week open voor dak- en thuislozen. Zeg maar, mensen aan de rand van de maatschappij. Wat ik zo leuk vind aan dit werk zijn de gesprekken die je kunt hebben met gasten. Soms ga ik zomaar aan een tafel zitten en zie wel hoe en of er een gesprek op gang komt.
Zo gebeurde afgelopen maandag het volgende: een man en een vrouw kwamen tegenover mij zitten. Ze spraken Engels. Zo te horen kwamen ze ook uit Engeland. In eerste instantie luisterde ik wat naar hun gesprek. Nadat de man eerst een algemene vraag aan mij had gesteld, vroeg hij ineens: 'heb jij de film Narnia gezien?' Ik zei dat ik de film had gezien. Toen vroeg hij: 'geloof je dat er een deur is naar een andere wereld?' Ik zei dat ik dat geloofde en niet zomaar een of andere magische deur. De man vroeg hoe je daar dan doorheen kon komen of hoe je aan de sleutel kon komen. Ik zei dat ik geloofde dat Jezus Zelf de deur is naar deze andere wereld. Namelijk de wereld van God, het Koninkrijk van God. Vervolgens hebben we nog wat meer gesproken over het christelijk geloof. Ik vond het een gaaf gesprek, ondanks dat ik het idee dat deze man op één of andere manier wel onder invloed was van het een of ander. Drugs, alcohol? Of was hij gewoon moe? Want af en toe had hij moeite om zijn ogen open te houden en moest lang nadenken voordat hij wat zei. Maar dat kan ook mijn vooroordeel zijn geweest. Na ons gesprek vroeg hij wanneer ik weer in het inloophuis zou zijn. Dit zou pas over 4 weken weer zijn.
Gaaf hè? Dan zit je in Amsterdam in een inloophuis te praten met een Engelse man over het geloof. Dat is waar ik het voor doe. Mensen wijzen op De Deur.
Afgelopen maandag mocht ik weer een dagje meehelpen in inloophuis 'De Tweede Mijl' in Amsterdam. De Tweede Mijl is driemaal per week open voor dak- en thuislozen. Zeg maar, mensen aan de rand van de maatschappij. Wat ik zo leuk vind aan dit werk zijn de gesprekken die je kunt hebben met gasten. Soms ga ik zomaar aan een tafel zitten en zie wel hoe en of er een gesprek op gang komt.
Zo gebeurde afgelopen maandag het volgende: een man en een vrouw kwamen tegenover mij zitten. Ze spraken Engels. Zo te horen kwamen ze ook uit Engeland. In eerste instantie luisterde ik wat naar hun gesprek. Nadat de man eerst een algemene vraag aan mij had gesteld, vroeg hij ineens: 'heb jij de film Narnia gezien?' Ik zei dat ik de film had gezien. Toen vroeg hij: 'geloof je dat er een deur is naar een andere wereld?' Ik zei dat ik dat geloofde en niet zomaar een of andere magische deur. De man vroeg hoe je daar dan doorheen kon komen of hoe je aan de sleutel kon komen. Ik zei dat ik geloofde dat Jezus Zelf de deur is naar deze andere wereld. Namelijk de wereld van God, het Koninkrijk van God. Vervolgens hebben we nog wat meer gesproken over het christelijk geloof. Ik vond het een gaaf gesprek, ondanks dat ik het idee dat deze man op één of andere manier wel onder invloed was van het een of ander. Drugs, alcohol? Of was hij gewoon moe? Want af en toe had hij moeite om zijn ogen open te houden en moest lang nadenken voordat hij wat zei. Maar dat kan ook mijn vooroordeel zijn geweest. Na ons gesprek vroeg hij wanneer ik weer in het inloophuis zou zijn. Dit zou pas over 4 weken weer zijn.
Gaaf hè? Dan zit je in Amsterdam in een inloophuis te praten met een Engelse man over het geloof. Dat is waar ik het voor doe. Mensen wijzen op De Deur.
Reacties
Een reactie posten