Afbreken

.
Gisteravond fietste ik na de kerkdienst langs de kermis, op weg naar iemand met wie ik een gesprek zou voeren. Mijn oog viel op de kermis. Er werd druk gewerkt aan het afbreken van de attracties. Dit deed mij denken aan hoe ik dit als kind altijd jammer vond, wanneer de kermis weer vertrok. Kermis was toch een teken van vakantie en gezelligheid. Daarna bleef weer een saaie parkeerplaats over. Het was hetzelfde gevoel als de dagen na Kerst in de kille, donkere, koude januarimaand. Alle lichtjes en gezelligheid gingen dan weer de deur uit. Voor mij als kind stond afbreken in het teken van 'terug naar af'.

Dat bepaalde me bij mijn eigen leven. Ben ik aan het opbouwen of aan het afbreken? Ik kan de neiging hebben vooral dat laatste te doen. Soms glippen de dingen me tussen de vingers door en heb het gevoel weer terug bij af te zijn. Terwijl het toch echt zo is, dat je door levenservaring juist aan het bouwen bent. Deze bouw gaat verder. O zeker, het kan wel eens stilstaan. Maar terug bij af? Nee, daar geloof ik niet in, hoewel het soms wel eens zo kan voelen.

Dit brengt mij bij God, omdat ik naar Hem verlang. Ik verlang ernaar dat Hij mijn leven helpt op te bouwen. Niet enkel mijn eigen leven. Ik zou zo graag helpen aan de bouw van Zijn Koninkrijk. Het boek 1 Petrus 2 uit de Bijbel zegt dat ik me mag laten gebruiken als een levende steen voor de bouw van een geestelijke tempel. Er staat niet dat ik zo'n steen moet zijn. Er staat dat ik mij mag laten gebruiken. O, wat smacht ik daarnaar. Omdat het er in het leven zo vaak om gaat, dat wat je er zelf van maakt: bouwen aan je eigen leven. Maar graag laat ik mezelf ook bouwen. Misschien dat het woord van God en de Geest van God mij daarbij kunnen helpen

Reacties

Populaire posts